De KBO rapporteert geen enkele BTW-activiteit gelinkt aan dit ondernemingsnummer.
Een onderneming is vrijgesteld van het aanrekenen van btw als ze:
- uitsluitend vrijgestelde activiteiten uitoefent (het gaat bijvoorbeeld om socio-culturele, financiële en medische activiteiten), of
- geregistreerd is onder de btw-vrijstellingsregeling voor kleine ondernemingen.
In beide gevallen mag deze onderneming geen btw aanrekenen aan haar klanten.
Een schrapping van het btw-nummer kan aangevraagd worden door:
1) de belastingplichtige zelf:
a) bij volledig stopzetten van de onderneming
b) bij stopzetten van de btw-plichtige activiteiten binnen de onderneming
2) de overheid wanneer geen economische activiteit binnen de onderneming meer wordt vastgesteld.
De schrapping van een btw-nummer kan met andere woorden een belangrijke negatieve indicator zijn betreffende het voortbestaan van de onderneming en vergt bijkomende aandacht.
De FOD Financiën stelt het volgende:
Een in België gevestigde onderneming moet zich registreren voor de btw als ze een btw-belastingplichtige is.
Een Belgische (of buitenlandse) onderneming is btw-plichtig als zij goederen levert of diensten verricht die in het Btw-Wetboek zijn omschreven.
Als de onderneming alleen activiteiten uitoefent die vrijgesteld zijn van btw (bv.
bepaalde socio-culturele activiteiten, financiële verrichtingen, handelingen in de medische sector), en zij daardoor ook geen enkel recht op aftrek heeft, moet zij zich niet registreren.
Zij moet geen btw aanrekenen aan haar klanten (
art.44 W.
Btw).
Wanneer dergelijke onderneming evenwel Belgische btw moet voldoen wegens intracommunautaire verwervingen van goederen of wegens intracommunautaire diensten die zij heeft afgenomen of wanneer zij intracommunautaire diensten verstrekt, moet ze zich toch registreren.
Voor meer informatie betreffende de "Belasting over de toegevoegde waarde" verwijzen wij naar
Fisconet plus.
Een gerechtelijke reorganisatie biedt ondernemingen met betalingsmoeilijkheden de kans om zich tijdelijk te beschermen tegenover hun schuldeisers.
Zij dienen hiervoor een reorganisatieplan voor te leggen bij de ondernemingsrechtbank.
Vanaf het moment dat de rechtbanken de gerechtelijke reorganisatie hebben toegekend, kunnen de schuldeisers geen beslag meer leggen op de goederen van de onderneming in moeilijkheden.
Schuldeisers worden dus vaak voor voldongen feiten gezet.
Het merendeel van de ondernemingen die bescherming tegen hun schuldeisers hebben aangevraagd gaat uiteindelijk toch failliet of wordt vereffend.(*)
Aanvraag
Reorganisatie | Aantal | Faillissement of vereffening |
2019 | 581 | 66% |
2020 | 478 | 60% |
2021 | 407 | 54% |
2022 | 465 | 55% |
2023 | 598 | 32% |
statistiek berekend op 07/05/2024
(*) Bron: Companyweb: resultaat op basis van eigen studie naar oorzaken van faillissementen
Van de bedrijven die vervallen schuld aan de fiscus vertonen, zijn er 1/7 in faling gegaan (*)
De onderneming rapporteert vervallen schulden aan de fiscus op het einde van het boekjaar in haar recent neergelegde jaarrekening(en) (rubriek 9072). Dit kan wijzen op ernstige financiële moeilijkheden, vooral als het betrokken bedrijf tevens liquiditeitsproblemen vertoont.
Houd er rekening mee dat deze informatie gebaseerd is op recente jaarrekening(en) en, bijgevolg, de staat van de vervallen schulden reflecteert op de afsluitdatum van het boekjaar.
(*) Bron: Companyweb: resultaat op basis van eigen studie naar oorzaken van faillissementen
Met andere woorden, voor deze onderneming ontbreekt reeds 1 volledig boekjaar.
Ondernemingen in moelijkheden houden vaak hun jaarrekening achter omdat zij de slechte cijfers wensen verborgen te houden.
Leg verscherpte waakzaamheid aan de dag en informeer bij de betrokken firma naar het waarom.
(*) 1/2 van de gefailleerde bedrijven heeft minstens 1 jaar na het afsluiten van het laatste boekjaar de jaarrekening van het vorige boekjaar nog steeds niet neergelegd!
(*) Bron: Companyweb: resultaat op basis van eigen studie naar oorzaken van faillissementen
Indien het eigen vermogen minder dan 50% van het kapitaal bedraagt, is dit ten gevolge van overgedragen verliezen.
Dit is een ernstig signaal.
Bijna de helft van de gefailleerde bedrijven vertoont dit negatief signaal.
(*)
In de vorige vennootschapswetgeving (voor 01/05/2019) gaf dit aanleiding tot de alarmbelprocedure.
Van zodra dit werd vastgesteld, diende de algemene vergadering te worden bijeengeroepen om te beraadslagen over de ontbinding van de vennootschap of over eventueel andere maatregelen.
Wanneer het netto-actief daalde tot < 25% van het kapitaal kon iedere belanghebbende de ontbinding van de vennootschap voor de rechtbank vorderen.
(*) Bron: Companyweb: resultaat op basis van eigen studie naar oorzaken van faillissementen
1/4 van de gefailleerde bedrijven vertoont een algemene schuldgraad > 100% (*)
Een algemene schuldgraad van < 50% wijst doorgaans op een gezonde situatie.
Algemene schuldgraad = Vreemd vermogen / Totaal vermogen
Hiermee wordt aangegeven welk percentage van de totale financiering van een onderneming gebeurt met vreemde middelen (schulden).
Een schuldgraad > 100% betekent dat het eigen vermogen van de onderneming negatief is en dit tgv grote overgedragen verliezen.
De schulden maken dus meer dan 100% uit van het balanstotaal.
Dergelijke situatie is op termijn onhoudbaar (zie tevens alarmbelprocedure).
= Sterk negatief signaal
Toch heeft een onderneming ook voordeel bij een zekere schuldgraad.
(vb fiscale aftrekbaarheid van intresten op schuldkapitaal).
Bovendien speelt in België ook de notionele intrestaftrek een belangrijke rol in de keuze tussen vreemd of eigen vermogen.
(*) Bron: Companyweb: resultaat op basis van eigen studie naar oorzaken van faillissementen