De neerlegging diende te gebeuren tegen: 31-07-2024
De jaarrekening moet binnen 30 dagen nadat ze is goedgekeurd door de algemene vergadering en ten laatste 7 maanden na de datum van afsluiting van het boekjaar bij de Balanscentrale worden neergelegd.
Aan vennootschappen die niet tijdig hun jaarrekening neerleggen, wordt een tarieftoeslag aangerekend.
Vanaf de eerste dag van de 10de maand en tot de 12de maand na de afsluiting het boekjaar:
- 180 euro voor de kleine vennootschappen (= verkort schema)
- 600 euro voor de andere vennootschappen
Ondernemingen in moeilijkheden houden vaak hun jaarrekening achter omdat zij de slechte cijfers wensen verborgen te houden.
Indien de onderneming andere negatieve signalen vertoont, kan dit wijzen op een ernstig negatief signaal.
Leg verscherpte waakzaamheid aan de dag en informeer bij de betrokken firma naar het waarom.
Let op: indien er sinds de laatste neerlegging van de jaarrrekening een statutenwijziging werd gepubliceerd, kan de niet-neerlegging een gevolg zijn van een verlenging van het boekjaar.
Een onderneming is liquide als zij erin slaagt haar korte-termijn-betalingsverplichtingen te voldoen zoniet ontstaat er een liquiditeitstekort.
Een liquiditeit van > 1 wordt doorgaans als positief ervaren
(= deze onderneming is in principe in staat de kortlopende schulden te betalen igv realisatie van de vlottende activa).
De evolutie van deze ratio doorheen de laatste boekjaren is zeer significant.
Een continu dalende liquiditeit wijst op een steeds verslechterende toestand, en wordt uiteindelijk onhoudbaar.
De liquiditeit in combinatie met rendabiliteit geeft een duidelijk inzicht in de situatie van de onderneming.
Liquiditeit | Rendabiliteit |
| + | - |
+ | Gezond | Chronisch ziek |
- | Tijdelijk ziek | Stervend |
(**)
(**) Bron: Handboek Financiële analyse van de onderneming door Hubert Ooghe en Charles Van Wymeersch (Intersentia)
Een dalend klantenkrediet kan wijzen op een dalende verkoop (en dus dalende vorderingen) of een strengere betalingspolitiek bij gebrek aan liquiditeiten binnen de onderneming.
Gefailleerde ondernemingen hebben meestal een zeer laag klantenkrediet.
Een continu stijgend leverancierskrediet kan erop wijzen dat de onderneming niet tijdig haar leveranciers kan betalen en dus met liquiditeitsproblemen kampt.
Let wel: bij gezonde ondernemingen kan dit wijzen op een bewuste of gewijzigde betalingspolitiek
Bij een kort klantenkrediet dient er snel te worden betaald.
Hoe langer de betalingstermijn, hoe onzekerder men is dat de vordering zal worden betaald.
(= verhoogd risico)
Een langer leverancierskrediet kan wijzen op een groot vertrouwen dat leveranciers in de onderneming betonen.
Klantenkrediet = kost
Leverancierskrediet = opbrengst